Marloes Wesselink
12 juni 2022Gert-Jan Schep
28 juli 2022Marloes Wesselink
12 juni 2022Gert-Jan Schep
28 juli 2022"Ultieme droom om in de regenboogtrui te mogen koersen"
Karlijn Swinkels is met haar 23 jaar nog een jonge wielrenster, maar de alumna van de Johan Cruyff Academy is sinds dit seizoen al volwaardig lid van de damesploeg van Jumbo-Visma
Waar de meeste mensen na het leren fietsen de zijwieltjes inruilen voor een 'normale' fiets, koos Karlijn Swinkels al vroeg een andere weg. Sinds haar elfde is de in Veghel geboren Karlijn niet meer van de wielrenfiets af te slaan en sinds 2017 is ze officieel profwielrenster geworden. Sindsdien behaalde ze al meerdere podiumplaatsen op de nationale kampioenschappen en met deze prestaties dwong de alumna van de Johan Cruyff Academy Tilburg een transfer af naar de damesploeg van het grote Jumbo-Visma.
Iedereen kent wel Tom Dumoulin de ronderenner, of Dylan Groenewegen de sprinter. Wat voor type renner ben jij?
Er zijn inderdaad renners die zich puur specialiseren op het hoog finishen in een grote ronde zoals de Tour de France, pure sprinters die vlakke etappes hard kunnen finishen of ook pure klassieker renners die zich focussen op ééndaagse koersen. Ik kan in principe op alle vlakken mee en de ploeg stelt mij ook in allerlei soort wedstrijden op. Zo kan ik overal mijn steentje bijdragen! Na een zware wedstrijd zou ik mee kunnen sprinten, maar ook tijdrijden gaat mij al goed af.
“Op dit moment krijg ik van de ploeg de ruimte om me op alle vlakken te ontwikkelen” – Karlijn Swinkels
We rijden ook niet elke wedstrijd met dezelfde meiden, maar we zijn wel een redelijk kleine ploeg nog. Onze ploeg bestaat uit 13 meiden. Dat is natuurlijk wel anders dan bij de mannenploeg. Daardoor krijg ik van de ploeg op dit moment ook de ruimte om me op alle vlakken verder te ontwikkelen. Zo kan ik stap voor stap werken om richting één van de beste rensters van de wereld te gaan. Daarnaast hebben we voor elke wedstrijd een teamcaptain die in principe de leiding neemt en je onderweg aanstuurt als dat nodig is. En we maken voor iedere race een raceplan, waar ik ook ontzettend veel van leer. Iedereen weet hierdoor ook precies wat haar taken zijn in de wedstrijd en op welk moment we welke actie willen inzetten.
Dit is jouw tweede seizoen bij de damesploeg van Jumbo-Visma. Je was er vanaf het begin bij en rijdt al mooie uitslagen. Hoe bevalt het tot nu toe?
De damesploeg van Jumbo-Visma was een nieuw project, maar de ploeg had natuurlijk al wel een mannentak. Dit maakte het iets minder spannend en riskant om de stap naar een nieuwe ploeg te maken. Zo kwamen er bijvoorbeeld ook veel mensen uit de begeleiding van Jumbo-Visma over naar de damesploeg met ontzettend veel kennis en kunde, waardoor ik niet lang heb hoeven twijfelen en meteen een driejarig contract heb getekend. Het vertrouwen van beide kanten is ontzettend goed, ik krijg rustig de tijd om te groeien en mezelf te ontwikkelen als renster.
"Toen ik gevraagd werd voor Jumbo-Visma heb ik niet lang hoeven twijfelen" – Karlijn Swinkels
Dit voorjaarsseizoen had ik mijn zinnen vooral gezet op het Ceratizit Festival Elsy Jacobs die eind april in Luxemburg verreden werd. Hier heb ik mijn voorjaar af kunnen sluiten met een derde plaats in de laatste etappe en een vijfde plaats in het algemeen klassement, waar ik ook wel echt trots op ben. Deze resultaten hebben er mede voor gezorgd dat ik dit jaar mijn eerste grote ronde ga rijden. Dit zal voornamelijk in dienst zijn van de ploeg, maar het is natuurlijk een supermooie ervaring voor de toekomst om mee te nemen. Dit was voorafgaand aan het seizoen wel een droom voor mij, dus ik ben ontzettend blij dat die nu werkelijkheid gaat worden.
"Dit jaar ga ik mijn eerste grote ronde rijden, een supermooie ervaring voor de toekomst" – Karlijn Swinkels
Jouw kalender staat bol van de wedstrijden en trainingsstages. Kun je ons een inzicht geven in jouw kalender?
Je bent inderdaad heel erg veel op pad. Meestal ben ik eigenlijk de hele winter in Spanje als voorbereiding op het seizoen. Afgelopen jaar zijn we tussendoor nog even naar Noorwegen geweest en ben ik met kerst ook nog thuis. Ik denk, al zou ik het niet precies weten, dat ik 250 dagen per jaar van huis ben. Dat is natuurlijk een lange tijd en heeft ook best wel een impact, maar mijn vaste woonplek is nog wel in Nederland te vinden. Ik vind het enorm fijn dat ik dan mijn familie en vrienden ook kan zien.
“Ik denk dat ik ongeveer 250 dagen per jaar van huis ben. Ik vind het in de vakantie dan juist fijn om even thuis te zijn” – Karlijn Swinkels
Er zijn ook een aantal periodes dat je weinig wedstrijden hebt. Na de voorjaarsklassiekers was de maand mei bijvoorbeeld een maand met weinig wedstrijden voor mij. Dan gaan we wel met de ploeg twee weken op trainingskamp. Hier bereiden we ons voor op de rest van het seizoen. De echte vakantie komt pas rond oktober, dan hebben we meestal een maand dat we fysieke én mentale rust hebben. Ik vind het in die periode ook wel fijn om juist even thuis te zijn, aangezien ik dan even geen verplichtingen heb. Vanaf november beginnen we ons weer voor te bereiden op het nieuwe seizoen.
Hoe zijn jouw trainingen eruit en hoe bouw jij op naar je wedstrijden?
Als wielrenster heb ik niet echt een typische trainingsdag. Het is ook erg afhankelijk in welke fase van het seizoen we zitten. Zo zitten er in de winter, als we in de voorbereiding zitten, ook meer krachttrainingen in dan gedurende het seizoen. Dan kan ik de ene dag vijf à zes uur op de fiets doorbrengen, terwijl ik de volgende dag maar twee uur doe. Dan komt er meestal nog een krachttraining van twee uur bij die ik twee à drie keer per week doe. De fietstrainingen verschillen natuurlijk ook qua invulling, met bijvoorbeeld verschillende tempo’s.
“Als wielrenster heb ik niet echt een typische trainingsdag” – Karlijn Swinkels
Richting de wedstrijden neemt het aantal krachttrainingen dan weer af en is het voornamelijk onderhoudend werk. Hoe meer wedstrijddagen we hebben, hoe lastiger het maakt om die te onderhouden natuurlijk. De opbouw naar zo’n wedstrijd is daarom ook echt bepalend hierin. Bij mij zit er ook nog niet echt een verschil in opbouw naar eendaagse of meerdaagse koersen. Als jonge renster wil ik me in het algemeen verbeteren, dus zijn we meer met dat proces bezig dan dat we op een wedstrijd willen pieken. En daar heb ik nu gewoon veel wedstrijddagen voor nodig.
“We passen de voorbereiding aan aan de komende soort wedstrijden” – Karlijn Swinkels
Waar we wel naar kijken is of er veel wedstrijden aankomen waarin geklommen moet worden, een tijdrit op het programma staat, of er juist gesprint moet worden. De voorbereiding hiervoor is veelal wel anders. Vaak als er klimwedstrijden aankomen gaan we eerder richting Spanje, Italië of de heuvelzone om ons voor te bereiden. De spierspanning die je tijdens klimwedstrijden gebruikt is namelijk anders dan tijdens vlakke koersen, dus willen we die wel extra getraind hebben. Aan de andere kant ga je wanneer er bijvoorbeeld een snelle (vlakke) koers aan komt met een mogelijke sprint juist achter een scooter trainen om een hogere snelheid na te bootsen. Deze snelheid is dan veelal gelijk aan de snelheid die er in de wedstrijd gereden wordt.
Wat merk jij van het feit dat het vrouwenwielrennen in de lift zit?
Ik merk zelf heel erg dat het niveau hard omhoog gaat. Er zijn steeds meer wielrensters die de sport als hun fulltime job kunnen maken, wat in zekere zin ook een aanleiding is voor de stijging van het niveau. En je merkt dat er ook steeds meer televisierechten komen, er reclame voor gemaakt wordt en de marketing erop aangepast wordt. Veel bedrijven zien dat de commerciële waarde van het vrouwenwielrennen met stappen vooruitgaat en proberen hier kansen uit te halen.
“Veel bedrijven zien de commerciële waarde van het vrouwenwielrennen” – Karlijn Swinkels
Ik denk wel dat ploegen hierdoor ook gedwongen worden soms lastige keuzes te maken. Het verschil tussen het hoogste niveau –de WorldTour teams– en clubrensters wordt steeds groter. Alle rensters met een beetje niveau komen gelijk bij een WorldTour team terecht. Ik denk dat er in de toekomst daarom goed aan gedaan wordt meer in de U23 (onder 23 jaar) categorie te steken. Behalve op het EK zijn er geen aparte wedstrijden voor deze groep, waardoor veel meiden vanaf de junioren meteen naar de profs moeten of bij de amateurs blijven hangen. Als je dan meteen tegen iemand als Marianne Vos komt te staan, kan dat voor sommigen een té grote stap zijn.
Is Marianne Vos voor jou een voorbeeld?
Ik heb veel respect en bewondering voor mijn ploeggenote Marianne Vos, die al zo’n lange periode op een ontzettend hoog niveau presteert. Samen met Annemiek van Vleuten en Anna van der Breggen heeft ze er daarnaast voor gezorgd dat het vrouwenwielrennen nog meer op de kaart kwam te staan. Zij zijn echt in staat met de sport mee te groeien en een uithangbord te zijn
“Mijn ultieme droom is om wereldkampioene te worden en een jaar lang in de regenboogtrui te mogen rijden” – Karlijn Swinkels
Zelf hoop ik ook een lange tijd op het hoogste niveau te kunnen koersen. Mijn ultieme droom is het worden van wereldkampioene. Om dan een jaar lang in de regenboogtrui te mogen koersen lijkt me ontzettend cool! Natuurlijk zijn de Olympische Spelen ook enorm gaaf en het is voor mij ook echt een droom daar ooit aan deel te nemen. Ik denk ook dat je als Nederlander zijnde dan ook meteen een goede kans maakt om daar de overwinning te halen met de ploeg, aangezien we een heel sterk land zijn met goede rensters!
Hoe heb jij het wielrennen gecombineerd met je studie?
Het combineren van een studie met topsport blijft denk ik altijd lastig, maar ik vind dat de Johan Cruyff Academy hier een goede tussenweg voor heeft gevonden. Zo is het me toch gelukt een volwaardige studie af te leggen. Ik ben er ook wel echt van overtuigd dat je zo als sporter ook een maatschappelijke waarde opbouwt. Het was natuurlijk niet makkelijk als ik naar mezelf kijk, aangezien ik zoveel dagen per jaar niet aanwezig kon zijn op school. Daarom ben ik blij dat ik de juiste begeleiding heb gehad, die mij hebben geholpen de opties en kansen te zien om een volwaardige studie te kunnen doen. Ik ben blij dat ik ervoor gegaan ben.