Oscar Riesebeek kwam op 7-jarige leeftijd in aanraking met wielrennen. Eenmaal bij de junioren werd hij opgenomen in de nationale selectie. Momenteel is hij onder contract bij een professioneel team en traint - en rijdt hij wedstrijden door heel Europa. Zijn ambitie is een betere profwielrenner te worden en door te stromen naar het World Tour-niveau.

Hoe zien jouw weken als prof-wielrenner er uit?

Er zijn weinig normale weken, want je bent erg veel van huis. De ene week ben je bijvoorbeeld acht dagen op trainingsstage in Spanje en twee weken later heb je een wedstrijd in Oostenrijk.

De dagen dat ik thuis ben sta ik rond 8 uur op en doe ik eerst een half uur core stability oefeningen. Daarna ontbijt ik en stap ik rond half 10 op de fiets voor de trainingen van die dag. Tegen een uur of 3 ben ik dan thuis, eet ik wat en werk ik aan mijn studie.

Wat zijn voor jou de grootste voordelen van de Johan Cruyff Academy?

Het wielrennen is mijn werk en het studeren doe ik er naast. De komende jaren ben ik zo’n 150 tot 200 dagen van huis. Het is voor mij daarom ideaal - en noodzakelijk - dat de Johan Cruyff Academy mij de mogelijkheid biedt om relatief veel online te studeren.

Online studeren vergt veel discipline, maar de grootste uitdaging is de planning. Mede door de wisselende drukte van wedstrijd- en trainingsdagen is dat soms erg lastig. Zonder de extra hulp van de docenten daarbij, zou het voor mij onmogelijk zijn om de studie met het wielrennen te combineren.

Hoe helpt je sportersmentaliteit je bij de studie?

Het plannen is essentieel. In de sport heb je een bepaald doel voor ogen, dat gebruik ik tijdens mijn studie ook. Daarnaast geeft het studeren me soms ook een stukje afleiding, naast het wielrennen.